Campo Alegre: de Nederlandse Staat Als Pooier
door Redactie Op 11-03-2022
De Curaçaose overheid is bezig met het, al dan niet onder nieuwe voorwaarden, heropenen van openluchtbordeel Campo Alegre. Twee jaar geleden sloot het haar deuren vanwege een faillisement. Hierbij is ook geconstateert dat de voormalig directeur het niet altijd even nauw nam met de (fiscale) regelgeving.
De Nederlandse Staat Als Pooier
Een mooi moment om terug te gaan naar het ontstaan van ’s werelds beroemdste en beruchtste bordeel om de hoek van luchthaven Hato. Mariëlle Kleijn deed in 2012 vanuit de Universiteit Leiden grondig onderzoek naar het hoe en waarom achter deze attractie.
Foto: Luchthaven Hato met op de achtergrond Campo Alegre, Nationaal Archief Curacao.
Koninklijke Shell: tijdig “de olie verversen”
Daarvoor moeten we naar begin 1900. Toen in 1916 de Koninklijke Shell de raffinaderij in het Schottegat in gebruik nam, waren er ineens heel veel arbeiders nodig. Deze kwamen veelal van Curaçao zelf, maar er werden ook zeker 5000 arbeidsmigranten uit het buitenland aangetrokken. Deze mannen kwamen vaak ook zonder gezin naar het eiland: men dacht toen nog dat de tropische zon niet goed was voor de witte Europese vrouwenhuid. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Curaçao van groter strategisch belang. Vanuit de raffinaderij werden de geallieerde vliegtuigen en schepen voorzien van brandstof. Ook lag het eiland geografisch zeer gunstig ten opzichte van het Panamakanaal. Alles samen resulteerde in een maandelijkse toestroom van ongeveer 20.000 mariniers, waarvan er telkens minimaal 500 voor twee jaar op het eiland bleven steken. En dan waren er nog de zeker 3000 Noord-Amerikaanse militairen die op Curaçao gestationeerd waren.
Foto: Shell pomp Pablo Frederik, Nationaal Archief Curacao.
Commandant Chlamydia
Je kan je voorstellen dat deze manschappen snakten naar “recreatie”. Met als gevolg dat de binnenstad overspoeld werd door prostituees. Tot groot ongenoegen van de gouverneur en de Nederlandse kolonisator. Want doordat er geen grip op deze sekswerkers was, ontstond er ook nog eens een uitbraak aan geslachtsziektes. Wat uiterst onfortuinlijk is: een soldaat met chlamydia is niet inzetbaar. Dat gold trouwens ook voor arbeiders van de raffinaderij.
Na veel wikken en wegen heeft de Nederlandse staat, samen met de lokale kerk en gouverneur Piet Kasteel besloten tot het oprichten van Campo Alegre. Opmerkelijk, want in Nederland zelf was prostitutie toen verboden. Onder toeziend oog van de GGD konden destijds een hondertal vrouwen aan het werk. Vrouwen van buiten Curaçao. Die elk slechts drie maanden mochten blijven. En daar had het bestuur twee goede redenen voor.
Foto: Gouverneur van Curaçao Piet Kasteel (midden) poseert voor een toestel van KLM, Nationaal Archief Curacao.
Krijg geen SOA, doe een latina!
Allereerst was men destijds van mening dat de latinavrouwen knapper waren. De manschappen voelden zich seksueel meer aangetrokken tot vrouwen met een lichte tint, in plaats van de donkerdere tint van de Afro-Curaçaose vrouw.
De reden dat de dames maar drie maanden mochten blijven is al dan niet nog grauwer. Nederland had enorm slechte ervaringen met de instroom van de Indonesiërs met een Nederlands paspoort. Ook in koloniaal Indonesië zaten in de beginjaren louter Nederlandse mannen. Om het huis schoon te houden en voor persoonlijk vermaak kregen zij een lokale huisvrouw aangewezen. De kinderen die daar uit voortkwamen werden in Indonesië niet geaccepteerd vanwege hun half Europese bloed en in Nederland niet vanwege hun half Indonesische bloed. In beide landen werden ze zelfs als staatsgevaarlijk gezien.
Daarom wilde men koste wat kost voorkomen dat de Latijns Amerikaanse dames en hun eventuele kinderen naar Nederland konden komen. En daar komt dan ook meteen het gruwelijke detail: indien het tijdens de daad mis zou gaan, en de vrouw zwanger werd van een Hollandse soldaat of arbeider, zou ze hier pas in het land van herkomst achterkomen. Zodoende kon het kind geen aanspraak maken op de Nederlandse nationaliteit.
Foto: Campo Alegre 1963, R. Ligthart
Busje “komt” zo
Dat er destijds slim (tegenwoordig zou je het corrupt noemen) is nagedacht over het kamp blijkt ook wel uit de constructie met de exploitant: de heer Hugo Bakhuis. Hij kreeg destijds met de vergunning ook direct een monopoliepositie. In de beginjaren van Campo bedroeg de huur van de “appartementen” ANG 10,00 per nacht. Neem daarbij in gedachte dat er niet kon en mocht worden gekookt: de dames waren dus verplicht om hun maaltijden af te nemen bij het interne restaurant: ANG 7,50 per dag. Ook dienden ze hun voorgeschoten vliegticket terug te betalen: ANG 5,00 per dag. Plus wat extra medische en transportkosten betaalden ze per dag zo’n ANG 25,00 per dag aan de heer Bakhuis. Een kleine rekensom leert dat Hugo kon rekenen op ANG 2.500 per dag. Trek daar alle kosten van af, dan krijg je een jaarinkomen van zo’n ANG 365.000. Destijds een astronomisch bedrag.
Dames die wilden komen werken dienden hem een sollicatiebrief te sturen, uiteraard voorzien van foto. Als de heer Bakhuis positief was gestemd over de desbetreffende dame regelde hij alle papieren bij de vreemdelingendienst. Aangekomen op Curaçao werden de vrouwen door 30 speciaal aangestelde buschauffeurs naar hun tijdelijke onderkomen vervoerd. Volgens inspecteur Gorsira van de politie was er voorheen namelijk een wildgroei aan illegaal vervoer van prostituees. Huurauto’s werden standaard voorzien van een stretcher, thermosfles met warm water en een matje. Dat vervoer van de dames moest dus maar aan banden worden gelegd. Toevalligerwijs was Bakhuis ook eigenaar van een groot aantal buslijnen op Curaçao.
Foto: raadhuis en politiebureau Punda, Nationaal Archief Curacao
Deze ietwat grijze constructie heeft overduidelijk een precedent geschept voor de dag van vandaag. Onbevestigde bronnen zien financiële sporen van het resort voor Hato richting Zwitserland. Ook de Amsterdamse onderwereld zou er een dikke vinger in de pap hebben.
De toekomst moet uitwijzen of en hoe het kamp zijn heropening kan doormaken. Onder toeziend oog van minister van financiën Javier Silvania (MFK) is een werkgroep de toekomst van het bordeel aan het onderzoeken.
Luister hier naar Mariëlle Kleijn, over haar onderzoek naar Campo Alegre.